Zoals traditiegetrouw in het weekend na de 11e van de 11e stonden de buutavonden van Carnavalsvereniging De Jonge Nölepeters uit Lievelde weer op het programma. Ze kunnen terugkijken op twee meer dan geslaagde en druk bezochte avonden. Het niveau lag ook dit jaar weer zeer hoog.
Om klokslag 20.11 uur betraden Prins Bram de eerste, Adjudant Pieter en President Robbert met hun gevolg het Nölershol. President Robbert opende de avonden met het welkom heten van alle genodigden. Waarna hij de avond vervolgde met het feit dat hij het niet meer allemaal bij kan houden wat er reilt en zijlt in Lievelde. Daarom houdt hij alles bij in zijn dagboek, waar hij een aantal Lieveldse anekdotes van het afgelopen jaar uit vertelde. Zo werd de Lieveldse bevolking afgelopen jaar een aantal keer wakker geschrikt door voertuigen met toeters en bellen. Was het niet de Brandweer of de asfaltfrezers op de Twenteroute dan waren het wel De Jonge Nölepeters zelf met hun nieuw Black Beauty.
Na nog wat andere ludieke anekdotes was het tijd om de eerste Buut aan te kondigen. Karel van de Kate trad na jaren van afwezigheid weer op in het Nölershol, wat voor hem voelde als thuis komen. Met zijn buut als Karel de Kunstenaar scoorde hij weer ouderwets goed. Op de vierkante klompen van Piet uit Wintserwijk vertelde hij over wat in zijn ogen kunst is. Hij eindigde met versjes uit de dichtbundel van zijn zwager Jan van Slag. Hierin stond ook een versje van Karel zelf; “ut Liek-mien-versje”.
Hierna was het de beurt aan een ander oud bekende: Jan Riesewijk uit Losser. Dit keer trad Jan niet op als ‘Johannes Plechelmus Kardinaal Schöttelkaamp’, maar als zichzelf. “Want het had toch allemaal geen zin meer”, refereerde Jan naar het sluiten van de kerk in Lievelde. Aangezien hij niet als Kardinaal op het podium stond, vond hij het eindelijk gepast om het over “homosuelen” te hebben. Zo vertelde hij onder andere over de hoeveelheid geluk die zijn kaartmaatje had bij een kaartavond in homodiscotheek ’t Bölke.
Ook dit jaar was er weer een Lieveldse Buut. Rob Tanck en Wijnand Spekschoor betraden dit jaar het podium. Als Ko de Rot en Rottie de Rat, de twee roddelratten uit de oude slachterij, brachten ze iedereen op hilarische wijze op de hoogte van het laatste nieuws uit Lievelde. Het was volgens hen wel een ratjetoe bij sommige Lieveldenaren thuis. Ook bespraken ze hun “Rataplan”, ook beter bekend als “Ratatataplan”. Ze hadden namelijk op verschillende feesten in Lievelde het mengpaneel dusdanig gesabotereerd dat muziek oorverdovend was, waardoor het dak er letterlijk en figuurlijk vanaf ging.
Jasper van Gerwen maakte zijn debuut in het Nölershol. De Brabantse tonprater had het over zijn voorliefde voor spelletjes. Zo heeft hij mee gedaan het Nederlands kampioenschap “Mens Erger Je Niet”. Samen met zijn vrouw Trudie, die hij liefkozend de Trut noemt, waren ze ook de enige deelnemers aan het kampioenschap. Zijn ijzersterke optreden sloot hij muzikaal af met het “Mens-Erger-Je-Niet-Lied”.
Op beide avonden was het slotakoord voor het cabaretduo Joost & Martijn. Deze twee Grolsen betraden het Nölershol als twee luie handhavers. Met verschillende anektodes vol met gortdroge humor en geniale woordspelingen kregen ze de lachers op hun handen. Na het laatste woord van President Robbert werd er nog gezellig nagepraat over de buuts onder de muzikale klanken van de Blaozepeters.